Hoofdstuk 1. De foetale fase, de fundering van je latere leven
Geen vrijheid of wel vrijheid. Het verschil i een onbewuste reactie of een bewuste keuze op een prik kel van buitenaf. Waarom bereik je nooit je doel? Zullen we proberen dil in kaart te brengen en het grijpbaar te maken? Laten we onze innerlijke fundering proberen terug te vinden zodat we allemaal tot bloei mogen komen in wie we zijn, en dus niet automatisch ons leven laten bepalen door de sociale wetten en dogma’s van de buitenwereld
Hier zit ik weer, deze keer geen 3000 kilometer van huis zoals bij mijn vorige boek, maar gewoon thuis aan het front, te schrijven over een onderwerp dat me eigenlijk al heel lang bezighoudt.
Al lang voordat ik wist dat ik arts zou worden, vroeg ik me af wat er eigenlijk allemaal gebeurt in de periode voordat wij een bewustzijn hebben. Wat gebeurt er die eerste weken in de baarmoeder met ons als embryo, de ‘maanden erna als foetus, en de eerste paar jaar na de geboorte, als het bewustzijn nog niet ontwikkeld is?
Sedert vijftien jaar heb ik me daar in de praktijk intens mee beziggehouden om zichtbaar te maken wat er in deze periode allemaal kan gebeuren en wat volgens mij de invloed daarvan kan zijn op ons leven. Het is een onbewuste periode die eigenlijk tijdloos is. Want als we onszelf afvragen hoe lang die periode geduurd heeft, kunnen we daar geen van allen een antwoord op geven. Het was een periode van oer- of onderbewustzijn, het was tijdloos.
Mijn onderzoek leidde tot de conclusie dat er al in die baarmoederperiode van ons allerlei prikkels vanuit de buitenwereld binnenkomen die bepalen hoe we later zullen reageren, bijvoorbeeld of we spontaan zul len zijn, of betwetertjes, of juist hypersensitief. En hoe belangrijk dat is voor de rest van ons postnatale leven, ons leven ná de geboorte.
Ik was ook toen al geïnteresseerd in wat Jung het collectief bewustzijn noemt. De onzichtbare invloed waarop we óók reageren. Soms zie je een massaal gedrag ontstaan dat, zonder dat men het besef t, gebaseerd is op een collectief bewustzijn, bijvoorbeeld als Nederland wint bij het voetballen. Dat geeft een spanningsveld dat voelbaar is in het hele land. Ook al weet je helemaal niet dat er gevoetbald wordt, je voelt dat er een heel andere sfeer heerst.
De spanningsvelden zijn niet benoembaar, niet zichtbaar, maar hebben toch een grote invloed op het massale gedrag van de mensen. Als in mei de terrasjes opengaan en het wordt mooi weer, zie je dat de men en op traaf heel anders lopen en kijken; iedereen mag dan genieten. En als het buiten koud is krimpen de mensen massaal ineen. Dus ook het blije mooi-weergevoel wordt van buitenaf opgewekt en verandert zodra het weer druilerig en grijs wordt.