De therapie bestond uit:

  • Orthomanuele geneeskunde
  • Dispokinesiotherapie
  • Techniek van Mézière
  • Facilitatie/inhibitie-techniek
  • Chaînes Musculaires techniek

Dit  houdt  achtereenvolgens in:

Het functioneel maken van het skelet -> de natuurlijke oprichtingsreflex terug-trainen  -> het functioneel maken van de m. psoas en het diafragma -> via ademhalingstechniek de behaalde resultaten handhaven -> de functionaliteit van de unieke mens optimaliseren, dat wil zeggen de unieke mens de mogelijkheid geven met zijn eigen voorkeurkarakter (ofwel introvert of extrovert gericht) tot handelen te komen.

Er werd een evaluatie gemaakt van de resultaten en verbindingen werden gelegd tussen de gegevens en de veranderingen respectievelijk verbeteringen die plaatsvonden tijdens de duur van het onderzoek. Dit alles vanuit de mogelijkheden zowel als de beperkingen van het onderzoek, zoals het tijdsbestek, de geneeskundige mogelijkheden en het  groepsbestand en uiteraard fijnere meetmethodieken die toegepast zouden kunnen worden.

De therapeutische invloeden op de symmetrie en de harmonie van de gezichts- en nekspieren droegen bij tot een makkelijke akoestische modificatie van de stem vanuit een niet uitwendig onderdrukte larynx-ophang. Ook de thoracale en diafragmale vrijheid gaf een vrije keuze op een turbulente dan wel lineaire uitstroming van de lucht. Met andere woorden een vrije keuze op vibrato dan wel geen vibrato.